Waarom ik?

Oorzaken

De vraag waar vele plegers van zedenfeiten mee zitten is : "waarom ik ?" Waarom moest mij dit overkomen ? Waarom heb ik dit gedaan ? Waarom juist ik ? Laten we eerlijk zijn : we weten niet hoe het komt dat de ene mens zedenfeiten pleegt en de andere niet. Nochtans is het terecht dat deze vraag gesteld wordt. 

Nemen we bijvoorbeeld Xavier. Hij werd in zijn jeugd misbruikt en pleegde als volwassene ongeveer net dezelfde feiten op zijn buurjongen. Het ligt voor de hand te denken dat het eigen misbruikverleden de oorzaak is : Xavier is pleger geworden, omdat hij zelf misbruikt werd ! Nochtans kunnen alle slachtoffertherapeuten voorbeelden aanhalen van slachtoffers die nog veel ergere, gruwelijkere of veelvuldigere misbruikfeiten hebben meegemaakt dan Xavier en die geen dader geworden zijn. Hoe komt dat ? Zo simpel is het dus niet. Alle dadertherapeuten kunnen voorbeelden geven van plegers die helemaal niet misbruikt, verwaarloosd, verwend of op een andere manier mishandeld zijn. Hoe komt dat dan ? Meer en meer stellen we vast dat plegers misbruikverhalen uit hun eigen jeugd verzinnen of opblazen, omdat ze op die manier hopen een rechtvaardiging voor hun misbruikfeiten te hebben gevonden.

Als er iets misgaat, begrijpen we vaak niet waar onze problemen vandaan komen. We leggen de oorzaak graag buiten onszelf. Het is makkelijk om iets of iemand te vinden op wie we de schuld kunnen afschuiven. We zien liever niet hoe we zelf onze problemen veroorzaken of mede instandhouden. Maar wat betekent dat juist ? Wat gebeurt er als we de oorzaken en gevolgen van ons handelen niet meer zien ? Dan krijgen we het gevoel dat de gebeurtenissen ons overkomen en dat we er zelf geen invloed meer op kunnen uitoefenen.

Voorgeschiedenis

Plegers van zedenfeiten kunnen de indruk hebben dat hen "iets overkomen is". Ze kunnen niet goed plaatsen vanwaar het komt. "Het is sterker dan mezelf", is een veel gehoorde uitspraak. Dit is echter een indruk. Een verkeerde indruk. Misbruik gebeurt bijna nooit zomaar. Er gaat een geschiedenis aan vooraf, een geschiedenis van kleine stapjes die iemand dichter en dichter bij het misbruik brengt.

Er zijn twee grote mogelijkheden. Ofwel begint die voorgeschiedenis maar kort voor het misbruik, bv. enkele dagen, enkele uren, uitzonderlijk soms enkele minuten ervoor. Er gebeurt iets waar je niet goed mee kunt omgaan, een probleemsituatie. Omdat je met de handen in het haar zit en niet goed hoe wat gedaan, zoek je naar andere oplossingen. Oplossingen die je van de problemen afleiden. Oplossingen die je op andere gedachten moeten brengen. Oplossingen die een kick geven en je weer goed doen voelen. Misbruik kan er één van zijn. Zo komt misbruik beetje bij beetje dichterbij. Eerst denk je er alleen maar aan, maar dan begin je ook stappen in die richting te ondernemen. Ten slotte is de probleemsituatie een risicosituatie geworden. Dat proces is individueel verschillend, maar de grote lijnen liggen wel vast. Hoe dat bij jou precies in elkaar zit, zul je in therapie achterhalen. Uiteraard zul je daarbij geholpen worden. 

Maar er is nog een tweede mogelijkheid. Er zijn ook plegers bij wie de voorgeschiedenis niet vanuit een probleemsituatie vertrekt, maar vanuit een aanslepende probleemstemming. Ze zijn vaak of bijna altijd met misbruikgedachten bezig. Ze hebben, zoals ze dat zelf uitdrukken, altijd zin, altijd goesting. Ook bij hen geeft die constante probleemstemming echter maar soms aanleiding tot concrete gedachten, concrete plannen en komen ze zo ook terecht in een risicosituatie. En dan zijn we op hetzelfde punt aangekomen als bij de eerste mogelijkheid.

Belangrijk is dat er in beide mogelijkheden verschillende keuzemomenten bestaan om eruit te kunnen stappen en misbruik te voorkomen. Daar zit de verantwoordelijkheid. Het had ook altijd anders kunnen lopen, indien de pleger zijn verantwoordelijkheid genomen had. Waar liggen die keuzemomenten ; wat had je anders kunnen doen ; enzovoort …

Verantwoordelijkheid

Verantwoordelijkheid en keuzevrijheid spelen op twee manieren een rol. Ten eerste bij het misbruik zelf : je bent verantwoordelijk voor de keuzes die je gemaakt hebt en die naar het misbruik geleid hebben ! Maar ten tweede moet je er ook voor zorgen dat problemen en trauma's uit je jeugd niet doorwerken en nieuwe slachtoffers maken. Natuurlijk kun je die problemen niet allemaal alleen oplossen. Maar je kan er hulp voor zoeken. 

Gespecialiseerde hulp aan plegers van seksueel grensoverschrijdend gedrag bestaat! In therapie maken we een strikt onderscheid tussen persoon en daad. Wat iemand ook voor feiten mag gepleegd hebben, wat hij ook mag gedaan hebben, voor een therapeut is hij altijd meer dan alleen maar een persoon die misbruik pleegt. Iemand heeft altijd meer mogelijkheden in zich dan hij voor het plegen van misbruik gebruikt heeft. Daarom spreken we in therapie niet van pedofielen en verkrachters, maar van mensen die kinderen misbruikt of vrouwen verkracht hebben. Het gaat om feiten, daden, en niet om persoonseigenschappen.

Dat betekent niet dat therapeuten goedgelovig zijn en altijd vertrouwen hebben dat het goede in de mens wel zal bovenkomen. Dat gebeurt niet zomaar vanzelf. Maar therapeuten vinden het wel de moeite ernaar op zoek te gaan. Welke positieve mogelijkheden gaan in je schuil ? Waarom komen ze er niet uit of waarom gebruik je ze op de misbruikmomenten niet en anders wel ? Hoe kunnen we die positieve mogelijkheden meer stimuleren ? 

Maar het blijft altijd als een paal boven water staan dat eerst en vooral het misbruik moet stoppen !

Voorbeelden

Adriaan is 35 jaar en exhibeert zich al zo lang hij zich kan herinneren voor minderjarige meisjes. Hij gaat daarvoor tot acht keer per dag aan de poorten van meisjesscholen staan. Hij is al vaak opgepakt en heeft verschillende nachten in de cel doorgebracht. Hij heeft reeds een inzichtelijke therapie gevolgd. Een therapie waarmee hij wilde begrijpen waarom hij zoiets deed. Want dat bleef hem bezighouden : waarom doe ik dat ? Hij groef in zijn jeugd, hij groef almaar dieper en steeds nieuwe inzichten kwamen naar boven : hij zocht aandacht, hij voelde zich onzeker als man, hij wilde nog altijd het kleine jongetje zijn op moeders schoot, … Maar ondanks alle inzichten bleef het gedrag voortduren en Adriaan was elke morgen op post aan een schoolpoort.

Richard is automonteur en heeft zijn stiefdochter verkracht. De wet betitelt het zo. Zelf vindt Richard niet dat hij haar verkracht heeft. Het was liefde en dat zij daarbij 13 jaar oud was, speelde verder geen rol voor hem. Richard was helemaal vergeten dat hij als 12-jarige jongen door zijn veel oudere zus misbruikt werd. Toen hij erover vertelde in therapie, werd hij zo kwaad, dat hij onmiddellijk naar zijn zus wilde vertrekken om haar de waarheid te vertellen, namelijk dat zij een pedofiel van hem gemaakt had ! Richard is zelf verantwoordelijk voor het misbruik dat hij op zijn stiefdochter gepleegd heeft. In therapie zal er zeker aandacht zijn voor het misbruik dat zijn zus van hem maakte, maar het een rechtvaardigt het ander niet …

Deze voorbeelden en stukjes uit de tekst erboven komen uit het Werkboek Daderhulp: Therapie bij seksueel misbruik (uitgegeven bij Acco, 1999, ISBN 90-334-4280-9). Kris Vanhoeck en Els Van Daele, beide werkzaam bij I.T.E.R. schreven dit boek, omdat plegers met wat hulp kunnen inzien dat therapie kan helpen. Het boek bevat twintig lessen die elk over een onderwerp gaan dat direct bij daderhulp aansluit. Ben je geïnteresseerd ? Dan vind je hierbij de inleiding tot het boek in pdf-formaat (22 KB). Zo krijg je een indruk wat je ervan mag verwachten.